Er is steeds meer kennis over ontregelde ‘signaleringsroutes’ en interacties tussen de tumorcellen en hun omgeving. Nieuwe middelen worden steeds vaker ontwikkeld voor specifieke subtypen van borstkanker. Deze middelen zijn dan geschikt voor een specifieke, kleine groep patiënten. Voor dergelijke studies komen dus minder patiënten in aanmerking om de effectiviteit van een nieuw medicament te onderzoeken. Daarom is het belangrijk om ook aan internationaal multicenteronderzoek deel te nemen. De BOOG staat inmiddels goed bekend en wordt regelmatig verzocht om te participeren in studies van de Breast International Group (BIG) of in internationale studies geïnitieerd door de farmaceutische industrie. Dergelijke studies kunnen meestal in een beperkt aantal ziekenhuizen worden opgestart. Belangrijk is dat niet-participerende ziekenhuizen hun patiënten doorverwijzen voor deze studies. Via haar communicatiekanalen zoals plenaire BOOG-vergaderingen en de BOOG-nieuwsbrief worden behandelaren in het hele land geïnformeerd over lopende studies om zo de onderlinge verwijzing voor studiedeelname te optimaliseren.
Op afstand gemetastaseerd mammacarcinoom wordt beschouwd als een ziekte die niet meer te genezen is. De duur van overleving kan variëren van enkele maanden tot vele jaren. Dit hangt af van verschillende factoren zoals bijvoorbeeld de hormoonreceptorstatus, HER2-expressiestatus, de lokalisatie- en de uitgebreidheid van de metastasen, de aantasting van vitale organen en de duur van de respons op eerdere behandeling met antikanker middelen.
Door een toename in behandelmogelijkheden, zowel wat betreft chemotherapie, als hormoontherapie en diverse doelgerichte middelen is de levensverwachting van patiënten met gemetastaseerd mammacarcinoom de laatste jaren behoorlijk toegenomen. Het is echter vaak niet duidelijk welke patiënten het meeste baat hebben bij een bepaalde behandeling en op welk moment een bepaalde behandeling moet worden ingezet. Immers, de meeste behandeling geven ook bijwerkingen of hebben andere nadelen, zoals frequent ziekenhuisbezoek, infusen of bloedafnames hetgeen een negatieve impact op de kwaliteit van leven kan hebben.
De BOOG wordt frequent benaderd om te participeren in internationale studies met innovatieve middelen. Daarnaast worden investigator-initiated studies opgezet om meer te leren, o.a. welke patiënten het meest baat hebben bij de ingezette therapie. Nieuwe studievoorstellen moeten voldoen aan een aantal criteria die door de werkgroep geëvalueerd worden, alvorens BOOG centra worden benaderd voor deelname. Deze criteria zijn bijvoorbeeld toegevoegde waarde voor de patiënt, innovatief ontwerp, geen competitie met lopende onderzoeken en praktische uitvoerbaarheid. De relevantie van de wetenschappelijke vraagstelling vormt een belangrijk uitgangspunt bij de beoordeling.
De werkgroep vergadert gemiddeld 4 keer per jaar. De werkgroep presenteert het studieportfolio en nieuwe studievoorstellen op de plenaire BOOG vergaderingen 2 keer per jaar. De presentaties van het afgelopen jaar zijn na inloggen te bekijken in het agenda archief op de website.